Carménère
Carménère is een oude Franse druivensoort die tegenwoordig voornamelijk wordt geassocieerd met Chili en daar een nieuw leven heeft gevonden waar hij de nationale schat is. Deze druif, die ooit een belangrijke rol speelde in Bordeaux, Frankrijk, heeft in Chili een nieuwe thuis gevonden. In Chili zijn enkele van de belangrijkste wijnregio’s voor Carménère de Colchagua Valley, de Maipo Valley, Rapel Valley en Maule Valley.
Carmenere wijnen hebben rijke, zachte tannines, kruidige aroma’s en soms aardse smaken.
Enkele typische kenmerken zijn:
- Fruitige Aroma’s: Zwarte kersen, rijpe pruimen, bessen (zoals rode en zwarte bessen), en soms tonen van veenbessen of aardbeien.
- Kruidige en Groene Tonen: Kenmerkend zijn aroma’s van groene paprika, zwarte peper, tabak, en soms een vleugje chocolade of zoethout. Dit komt door de natuurlijke aanwezigheid van pyrazines, dezelfde aromatische stoffen die ook in Cabernet Franc voorkomen.
- Aardse en Hartige Tonen: Vaak komen er ook aardse aroma’s naar voren zoals grafiet, potloodslijpsel, en een subtiele mineraliteit.
- Zachte Tannines en Medium Zuurgraad: Carménère-wijnen zijn meestal fluweelzacht in de mond, met medium tot lage tannines en een medium zuurgraad, waardoor ze toegankelijk zijn en gemakkelijk drinkbaar.
Je hebt jonge, fruitgedreven versies Carménère, maar ook complexere stijlen met vatlagering. Carménère wordt vaak gemengd met andere druiven zoals Cabernet Sauvignon, Merlot, of Syrah, om meer structuur en diepgang te geven aan de wijn.